En dan is het vrijdag 29 november en we zijn op Gran Canaria (Canarische eilanden). Na onze heftige oversteek van Marokko naar de Canarische eilanden in combinatie met het vooruitzicht van oma worden, moet ik zeggen dat vooral ik (Marieke), toch wat twijfels had om nog lange(re) oversteken te maken en steeds verder van huis te gaan. En … eenmaal aangekomen op Kaapverdië kun je moeilijk meer terug naar het noorden. Dus… de beslissing naar de Kaapverden te varen is eigenlijk ook een beslissing om later de Atlantische oceaan over te steken. Overwinteren op de Canarische eilanden hebben we dan ook serieus overwogen. Maar… komt tijd komt raad (zegt Ronald dan) en tijdens ons verblijf op de Canarische eilanden is ook mijn weegschaal al vrij snel doorgeslagen richting verder gaan.
Voor mij (en natuurlijk ook voor Ronald ?) was het dan ook erg fijn dat we een derde bevrouwingslid aan boord hadden die inmiddels ook wel haar “vrouwtje kon staan”. Meer handen aan boord bij calamiteiten en het vooruitzicht van meer kunnen slapen gaf mij een geruststellend gevoel.
Okay! Vertrekken dus: verder naar de Kaapverden. Het eerste stuk vanaf Las Palmas (Gran Canaria) moeten we motoren, maar na een aantal uren kunnen we zeil zetten. Verder hebben we een goeie wind (tussen 20 en 30 knopen) de dagen erna. Het schiet lekker op en we varen voornamelijk alleen op t grootzeil. ’s Nachts varen we, zoals altijd, zeer behoudend met weinig zeil en toch komen we goed vooruit! Na wat uitleg en instructies en een wacht samen gelopen te hebben met Ronald, kan Yvonne zelfstandig wacht lopen. Lux! We kunnen nu fijn zeven uur per nacht slapen i.p.v drie en een half! Afgezien van een Uruguyaan die onder USA vlag vaart en zich vreemd gedraagt, een paar keer uit het roer lopen, wat (niet noemenswaardige) misselijkheidjes en hoofdpijntjes, een vislijn aan de skeg (die door Ronald, gewapend met een aan een pikhaak bevestigd broodmes, gelukkig snel nog net voor het donker, weer losgesneden kan worden) en de spaghetti die de hele kuip doorvliegt hebben we een zeer relaxte oversteek. Wat een verschil met de vorige oversteek!!
Onderweg zien we, naast enorme hoeveelheden vliegende vissen, een Nederlands zeilschip dat we oproepen om een praatje mee te maken. Het zijn Kees en Elly met hun “Kobbe” (geen Friese vlag maar een Friese vogel, hebben wij ons laten vertellen). Nadat ze hun grote voorzeil hijsen lopen ze op ons in en komen ze zelfs vlak achter ons langs varen.
Het laatste stuk zetten wij de motor erbij om stroom te draaien, water te maken en voor t donker aan te kunnen komen op de ankerplaats. Op 5 december om 11:00 hebben we land in zicht; altijd een magisch moment! Rond half vijf ‘s middags varen we uitgerust de baai van Palmeira binnen (eiland Sal); we worden enthousiast begroet door Kaapverdianen in vissersbootjes. We zijn weer in een compleet andere wereld terecht gekomen. Opnieuw Afrika maar toch weer heel anders dan Marokko; wat is het toch bijzonder om elke keer weer zo uit zee aan te spoelen op een (voor ons) nieuw stukje aarde! Dit zijn echt de hoogtepunten van onze reis en elke keer weer besef ik hoe geweldig het is om dit te kunnen doen.
Het is best druk met andere zeiljachten en het duurt even voordat we een goeie plaats hebben gevonden om ons anker uit te gooien: of t echt goed is zal later blijken…. Nadat we de gebruikelijke aankomstborrel achter de kiezen hebben arriveert de Kobbe ook; we melden via de marifoon nog even waar in de ankerbaai ze vooral níet moeten varen en ook zij ankeren uiteindelijk probleemloos. En dan… heerlijk slapen…
De volgende dag gaan we inklaren en Palmeira bekijken. We worden met aanleggen geholpen door aardige mannen en jongens en krijgen een warm welkom. Iedereen wil de weg wijzen en een praatje maken; velen spreken Engels wat natuurlijk erg prettig en gezellig is. Wat is het hier leuk! Ook het inklaren is een relaxte aangelegenheid met zeer vriendelijke douaniers. (No Stress! is hier de nationale slogan, en die wordt veel gebruikt) In de haven wordt de verse vis binnen gevaren en ter plekke schoon gemaakt en getransporteerd of verkocht; het is een drukte van belang.
’s Middags varen we met Argootje weer terug naar Argo.. alleen waar is Argo? We vinden haar een eind verder richting zee weer terug en er staan een hoop mensen op! We schrikken ons echt kapot! ”Ankerbaaimeester” Jay (met neefje) en 2 Franse zeilers zijn aan boord. Jay is ingeseind dat Argo is gaan krabben en die heeft vervolgens hulptroepen ingeschakeld. Handmatig hebben ze extra ankerketting uitgegooid waarop het anker is blijven hangen op de bodem. Pieuwwwww; wat een schrik. Wat zijn we blij met deze helpende handen!! Om even van de schrik te bekomen en uitgebreid te bedanken drinken we een biertje/cola met onze redders in nood. Nadat we Argo terug naar de baai hebben gebracht en het anker weer uitgegooid te hebben natuurlijk. Omdat we nu zijn ingeklaard mag ook de (door mij zelf in elkaar gefreubelde) Kaapverdische vlag gehesen worden!
De komende dagen durven we Argo niet goed alleen te laten en gaan Ronald en ik om beurten op stap met Yvonne. Het eiland Sal is zo mogelijk nog droger dan Lanzarote; woestijnachtig landschap en weinig groen. Omdat het toch zo anders is dan Europa met zoveel kleurrijke mensen en het straatbeeld zo bijzonder, kijken we onze ogen uit en vermaken we ons kostelijk.
Het is moeilijk om aan vers fruit en groente te komen, maar vis is er in overvloed! Verder is het erg vermakelijk om met een aluguer (een lokaal taxibusje) het eiland te verkennen; er gaat van alles in het busje en als je denkt dat hij vol is kan er altijd nog wel iemand bij. Ik ga met Yvonne naar een badplaatsje Santa Maria (meest toeristische van het eiland) en Ronald loopt met Yvonne naar de “bleu eye”; een soort grot die heel mooi is bij een bepaalde zoninval).
En dan, na een klein weekje op Sal is het tijd om afscheid van Yvonne te nemen. De avond van 11 December vliegt ze terug vanaf Sal, via Lissabon, naar huis waar ze een paar dagen mag genieten van het heerlijke klimaat in Nederland, om vervolgens voor een jaar naar Curacao te vliegen om daar weer te gaan afzien in de zon.
De volgende ochtend drinken we nog even koffie bij Jet en Jurre van de “Frank” (onze buren) en rond half vijf ‘s middags varen we uit naar Tarrafal (São Nicolau), uitgezwaaid door Kees en Elly. Er is een nare swell. Ik doe de eerste wacht en ik ben voor het eerst zeeziek. Gelukkig gaat het beter nadat ik de vissen heb gevoerd met mijn maaginhoud. We moeten weer een nachtje doorvaren om niet in het donker aan te komen. Op vrijdag 13 december komen we aan bij Tarrafal. Ik geloof dat we wel vijf ankerpogingen nodig hebben gehad maar dan is het ook scheepsrecht en kunnen we lekker gaan bijkomen en relaxen; No Stress! Als Ronald overdag even bijslaapt word ik getrakteerd op een spectaculaire dolfijnenshow; echt prachtig! Een hele grote groep dolfijnen is aan het jagen op vliegende vissen; ze maken versnellingen in het water en enorme sprongen.
Tarrafal op zich is best een aardig plaatsje en het inklaren gaat weer voorspoedig. Er staat ook een zeer creatieve kerstboom op het strand.
Helaas hebben we hier een nare ervaring met een “boatboy”; een jongen of man die op je kleine bootje past als je die op het strand legt. Eigenlijk een soort chantage want als je het niet doet loop je de kans dat er iets beschadigd of gestolen wordt en de meningen binnen de zeilerswereld zijn erover verdeeld of je er wel of niet aan mee moet doen. Ja… ze zijn erg arm en kunnen er wat aan verdienen. En we gunnen ze best wat, maar of dit de manier is om het land vooruit te helpen en de jongetjes weg te houden uit de schoolbanken? Als wij de eerste keer aan wal gaan een stukje uit de haven/het dorp op een klein strandje staan er wat kleine jongetjes die ons helpen om Argootje op het strand te trekken. We maken ze duidelijk dat ze er niet op hoeven te passen en ze druipen af. Als we echter einde middag terug komen loopt een van de jongetjes een heel stuk met ons mee terug naar het strandje en wil geld hebben. Ronald maakt hem duidelijk dat hij dat niet krijgt maar hij houdt vol en ineens duikt daar ook weer de 2 meter lange Ruslan op die ook al eerder die dag geprobeerd heeft ons van alles aan te smeren (o.a. een tocht over het eiland met zijn broer) en geen goeie naam heeft bij de politie. We zijn het zat, trekken Argootje in het water en varen weg. Het kleine jongetje begint stenen te gooien (vér en hard ook) en Ruslan staat erbij te kijken. Geen fijne ervaring en ‘s avonds bellen we Joshua (een Nederlander die veel op de Kaapverden heeft vertoefd, de eilanden promoot en ook een warm hart toedraagt). Hij heeft een contactpersoon op elk eiland in de Kaapverden geregeld die je bij calamiteiten kan contacteren. Voor São Nicolau is dat Toy en ik zet zijn contactgegevens in mijn telefoon. Verder praat hij ons (vooral mij!) moed in. Voor de zekerheid doen we toch alles extra goed op slot voor de nacht en halen we alle “wapens” naar binnen en leggen we naast ons bed. Gelukkig hebben we die niet nodig gehad. De volgende dag appt Joshua mij nog om te vragen of we lekker geslapen hebben en alles okay is; echt superaardig en attent! Later hebben we nog een keer een aanvaring met onze “vriend” Ruslan als we met vijf andere zeilers 2 dinghies achterlaten bij het strandje bij de haven en na terugkomst Ruslan en consorten weer meer geld wil. Ronald houdt zijn poot stijf, maar Ruslan ook en uiteindelijk bellen we Toy.. Toy probeert Ruslan te overreden wat niet lukt. Heel vervelend dat uiteindelijk Toy zelfs de politie erbij heeft moeten halen… Gelukkig zijn er ook heel veel vriendelijke, goedlachse en hulpvaardige mensen op dit eiland.
Ondanks dit vervelende gedoe hebben we wel van São Nicolau genoten. En… na Sal is het prachtig om te zien dat hier van alles bloeit en groeit en de mensen de vruchtbare grond ook goed bewerken. Ronald en ik hebben met een lokale aluguer een tochtje gemaakt door de prachtige groene binnenlanden (eindelijk; joepie) naar het hoofdstadje Ribeira Brava; erg leuk relaxed stadje!
En of het komt doordat het bijna kerst is en Flappie weer op tafel verschijnt of niet, maar Youp is ook hier bekend.. ?.
Met Kees en Elly (inmiddels ook vlakbij ons geankerd) en nog drie anderen huren we een taxichauffeur met busje en gaan we het eiland rond.
Naast het mooie groene binnenland zien we de prachtige rotskust in het Westen; las Carbinheiras. Door erosie zijn er een soort lagen ontstaan wat deze kust een sprookjesachtig uiterlijk geeft.
Na een paar dagen zijn we het voortdurende onderhandelen met de boatboys, iedere keer als we naar de kant willen en Argootje moeten achter laten, zat. En… het is ook wel weer tijd om verder te gaan. We gaan uitklaren en vragen aan Kees (de Kobbe ligt vlakbij ons geankerd) of hij even op ons bootje wil passen; dit zorg voor een hilarisch moment aan t strandje als de grote groep jongens en mannen niet weet hoe te kijken als wij Argootje op de kant trekken en zeggen “Kees watches Dinghy, … 10 euro’s”! Ik heb nog nooit zoveel verbaasde gezichten bij elkaar gezien. Ik moet toch toegeven dat een triomfantelijk gevoel ons even overmeesterde en we er alle drie erg om hebben moeten lachen.
Op 18 december rond 8:15 halen we ons anker op en varen we verder naar Mindelo op São Vicente, wederom uitgezwaaid door Kees en EIlie. We hebben een prima tocht met redelijk wat wind en swell. Onderweg vangt Ronald nog een heerlijke bonito (kleine tonijnsoort).
Dezelfde dag komen we rond vijf uur ’s middags aan in de baai van Mindelo, waar we Marco en Karin van de Karma verrassen en vlak achter hun ons anker uitgooien. Mindelo is echt een gezellige plaats waar we weer veel bekenden ontmoeten en nieuwe mensen leren kennen.
Het is een verademing dat we Argootje gewoon, tegen een kleine vergoeding, of het gebruik van een koffie of biertje, aan een steigertje, meestal samen met zijn vriendjes, kunnen achterlaten. Het feest begint voor ons met een heuse “vrijmibo” (voor wie dit begrip nog niet kent; vrijdagmiddagborrel) met een grote groep andere Nederlandse zeilers. Ook vieren we gezamenlijk eerste kerstdag in een goed Italiaans restaurant.
We bezoeken een popconcert en wat kroegen met live muziek.. leuk! Er heerst een prima sfeer en wij hebben het erg naar ons zin; No Stress!
Ook gaan we met de veerpont, samen met Marco en Karin, naar Santo Antão, waar we een auto huren en in een bed and breakfast slapen voor één nacht. Santo Antão is echt oogverblindend mooi. Het is groen en heuvelachtig en overal staan een soort witte pluimen die het landschap verfraaien. Er zijn veel vruchten, dieren en ontzettend vriendelijke en relaxte mensen; No Stress! Eerlijk waar; wij hebben zelden zo veel moois gezien!
De bed and breakfast is prachtig gelegen en van daaruit maken we een mooie wandeling door een rivierbedding. Helaas zijn we er maar één nacht en moeten we de volgende dag weer terug rijden naar de veerpont, onze huurauto inleveren, ons paradijsje verlaten en terug met de pont naar Mindelo. Nou ja helaas… Mindelo is natuurlijk ook nog steeds geen straf!
En dan is het tijd om te gaan voorbereiden voor onze grote oversteek….. maar daarover meer in een volgende blog.
Geschreven in Domburg (Suriname) door Marieke, op 15 februari 2020 en afgerond op een zeilbootje in het koude Huizen op 27 februari 2020.
Erik Buitenhuis 5 maart 2020
Wat een prachtige foto’s van het binnenland!
Koen en Tilly 5 maart 2020
Dit is allemaal waarvoor jullie deze wereldreis hebben ondernomen,
prachtige landen ,andere culturen, en avontuur.
Tot op heden is dit aardig gelukt. Zo kunnen wij met de mooie
foto’s ook een beetje meegenieten.
Mooi verslag Marieke.
Wij wensen jullie een veilige en voorspoedige voortzetting.
Michel 3 maart 2020
Weer een mooi en uitbreid verhaal. Ook de bijgeleverde reportage is geweldig om te lezen.
Veel succes met jullie verdere boottochten! 🙂
Groetjes, Mia en Michel
Renata Heijmans 2 maart 2020
Hoi Marieke en Ronald,
Wat een prachtig avontuur.
Iedere keer kijk ik weer uit naar het volgende verhaal.
Tot de volgende keer maar weer.
Veel succes met jullie reis.
Groetjes Kees en Renata
Elly Strik 1 maart 2020
Gaaf geschreven Marieke! Fijn om even met jullie mee te hebben gereisd, het zou ons eigen verslag bijna kunnen zijn. See you soon!
Elly en Kees 1 maart 2020
Oh ja Kobbe is zeemeeuw op zijn fries 😉
Kees 1 maart 2020
Leuk geschrevrn Marieke
Ans v Doorn 29 februari 2020
Ongelofelijk wat een mooie maar ook spannende soms (enge) ervaringen , maarwat is de wereld schitterend . Bedankt voor het bericht dat weer schitterend is geschreven. Fijne en veilige vaart en ik kijk uit naar het vervolg.
Claartje 29 februari 2020
Heerlijk verhaal weer Marieke!! En nu …… wachten!! Wie weet zien we elkaar binnenkort nog even! Lieve groeten, Claartje